>

BELGISCH KAMPIOENSCHAP STABROEK elite zc en U23

12-08-2018

FOTOALBUM BK STABROEK  - CYCLINGSITE.BE 

                             ELITE ZONDER CONTRACT - KLIK HIER                               

U23 - KLIK HIER


LIMBURG BOVEN OP BK

Voor de derde keer op rij gingen de eliterenners zonder contract en de beloften aan de slag op het Belgisch kampioenschap in Stabroek. De provincie Limburg scoorde op beide fronten. Rutger Wouters was de beste bij de eliterenners zonder contract, Gerben Thijssen kreeg als snelste belofte de kampioenentrui om de schouders.

ELITE ZONDER CONTRACT

Rutger Wouters heeft twee dagen na zijn 27ste verjaardag in Stabroek de nationale titel bij de eliterenners zonder contract veroverd. In de slotfase ontsnapte hij uit een kopgroep van twaalf. Jonas Goeman en Dries Verstrepen sprintten naar zilver en brons.
Ploeggenoten Joren Segers en Thomas Van Opstal gingen vrijwel meteen na de start in de aanval, even later sloten Glenn Debruyne, Dries Verstrepen, Jonas Goeman en Clément Fernandez aan. Hun voorsprong bleef lang schommelen rond de halve minuut, na lang knokken konden ze die bonus verdubbelen. Een valparij kostte Segers zijn plaats in de kopgroep, een ronde later ging ook Fernandez overboord.
Kjell Van Driessche bracht vanuit het peloton een reactie op gang en dat resulteerde na het afhaken van Van Opstal in een kopgroep van twaalf met naast Van Driessche en de overlevers Debruyne, Verstrepen en Goeman verder ook nog Jeroen Eyskens, Angelo De Ketele, Laurent Pieters, Rutger Wouters, Joren Touquet, Jurgen Cop, Gill Meheus en Christophe Van Cauwenberghe. Meer dan een minuut voorsprong kregen ze niet, maar toch had het peloton alle moeite om die kloof te verkleinen. Pieter Jacobs probeerde het dan maar solo, maar strandde op vijftien seconden.
Kort voor het ingaan van de slotronde kwam er dan toch nog een stevige reactie met opnieuw Jacobs, Joeri Calleeuw, Gillian Van Rymenant, Sven Noels, Jens Moens, Julien Van den Brande, Bram Van Renterghem, Stijn Minne en Maximilien Picoux. Heel wat grote namen en die naderden ook nog sterk, maar na een eerste aanval van Debruyne was het vervolgens Wouters die versnelde uit de kopgroep. De winnende uitval meteen, want de sterke Limburger pakte twintig seconden voorsprong en werd in de slotkilometers niet meer verontrust. In de sprint voor de tweede plaats grepen Goeman en Verstrepen, allebei al de hele wedstrijd mee in de aanval, de resterende medailles.
"Ik denk dat deze titel voor mij het hoogst haalbare is", zei Wouters na zijn dertiende overwinning van het seizoen. "Prof worden zal voor mij niet meer zijn weggelegd. De wedstrijd verliep eigenlijk ideaal. Er was al vroeg een kopgroep weggereden zonder dat die te veel voorsprong kon nemen. Daarna zijn we er met een sterke groep naartoe gereden. Het leek misschien zo, maar naar mijn gevoel heeft het na de samenvloeiing nooit echt goed rondgedraaid. Anders hadden we wellicht meer voorsprong kunnen nemen. Nu bleef het spannend en ik zag die groep van negen op zeker moment ook sterk naderen. Hoewel ik een sterke sprint in de benen heb, opteerde ik er toch voor om het met een versnelling op de kasseien te proberen. Een goede keuze, zo bleek."

BELOFTEN

Gerben Thijssen (Lotto Soudal) is de nieuwe Belgische kampioen bij de beloften. De geschoolde pistier versloeg in de sprint van een selecte kopgroep Jens Reynders en Tom Verhaegen.
De eerste aanvalspogingen in een van bij de start boeiende wedstrijd kenden weinig succes, tot in de tweede ronde Jari Heyse, Abram Stockman, Tomas Petit en Arne De Groote versnelden. Goed twee ronden later werd de kopgroep uitgebreid tot 22 renners, na nog een reactie vanuit het peloton werden dat er zelfs 34. Daarbij 'slechts' vier van Lotto Soudal, maar bij een volgende tegenaanval van negentien renners waren ze met nog eens zes mee. Ook die sloten aan en met een koppeloton van 53 renners werd de tweede wedstrijdhelft aangevat. De rest mocht dan al de titelambities opbergen.
Abram Stockman was even later opnieuw aanstoker van een vlucht. Eerst kreeg hij gezelschap van Lionel Taminiaux, Cedric Beullens, Celestin Leyman, Gerben Thijssen, Brent Van Moer en Robbe Debuyck, daarna sloten ook Brent Van Tilborgh, Angelo Van den Bossche en Jens Reynders aan. Zij gingen de laatste vijftig kilometer in met iets meer dan een minuut voorsprong. Toen de samenwerking verslapte, kwam alles echter weer op een zakdoek bijeen. Een nieuwe aanvallende impuls kostte vooraan enkel Van Tilborgh zijn plaats in de kopgroep, maar het gaf de leiders vooral weer wat meer ademruimte ten opzichte van de eerste achtervolgers. Toch overbrugden met Laurens Huys en Tom Verhaegen nog twee renners de kloof. Deze elf gingen samen de slotronde in, maar geruststellend was de voorsprong nog steeds niet.
De verwachte aanvalspogingen bleven niet uit in die laatste vijftien kilometer. Van Moer tekende voor de eerste poging, maar zonder succes. Ook Reynders werd snel weer gegrepen. Een aanval van Debuyck, Leyman en opnieuw Van Moer leek meer kans op slagen te hebben, maar deze laatste werkte niet mee en dat betekende ook het einde van die poging. Toen de eerste achtervolgers wel heel dichtbij kwamen, zette Huys zich op kop in dienst van de snelle Thijssen. Die ging de sprint van ver aan en niemand bleek nog in staat om hem te passeren.

Gerben Thijssen: "Grote druk om het af te maken"
"De druk om het af te maken was heel groot", verklaarde de 20-jarige Thijssen. "In de briefing vooraf had de ploegleider gezegd dat we bij een eventuele massasprint de kaart van Alfdan De Decker zouden trekken. Daar heb ik geen moeite mee, maar ik zei dat ik dan wel mee koers wilde maken. Toen er al 34 weg waren, was er even paniek, maar ik had nog een pak sterke ploeggenoten in de buurt om de situatie recht te zetten. In de slotkilometers deed Huys schitterend werk om een tweede groep op afstand te houden. Niet dat ik op dat moment besefte dat die achtervolgers zo dichtbij waren gekomen. Ik focuste me volledig op de kopgroep en verwachtte late uitvallen, maar die kwamen er niet. Huys trok door tot op driehonderd meter, daarna was het aan mij. Ik sprintte heel sterk, maar op dertig à veertig meter van de meet schoot ik in krampen. Gelukkig had ik voldoende marge."
Thijssen is er nog niet uit of hij nog een jaar bij de beloften wil rijden of toch al volgend seizoen de stap naar World Tour wil zetten. "Er waren al veel geruchten over mijn nabije toekomst, maar ik ben er eerlijk gezegd zelf nog niet helemaal uit. Ik wil eerst nog even de komende weken afwachten. Vanaf vrijdag rijd ik de Ronde van de Toekomst, daarna zullen we wellicht stilaan eens samenzitten met de ploegleiders van zowel de beloften- als de World Tour-ploeg. Ik wil in ieder geval niet de fout maken om te vroeg de overstap te maken. Ik heb voor mezelf een toekomstvisie voor ogen en dat is niet om de hele tijd knecht te zijn. Ik wil het zelf maken als sprinter."

Jens Reynders: "Ik denk dat ik de sterkste man in koers was"
Jens Reynders zag een uitstekende wedstrijd beloond met de zilveren medaille. "Ik denk dat ik mag zeggen dat ik de sterkste in koers was", zei de Limburger. "Ik was zowat bij elke aanvalspoging betrokken en als je er dan rekening mee houdt dat ik hier zonder ploeggenoten aan de start stond én gisteren in Nederland nog een zware wedstrijd tussen de profs reed, lijkt me dat een terechte conclusie. Dat ik tegen Gerben zou tekortkomen in de sprint wist ik wel, daarom dat ik ook in de slotronde nog een paar keer heb geprobeerd om weg te geraken. Jammer genoeg lukte dat niet."
Nummer drie Tom Verhaegen was vooral heel blij dat hij op het podium stond. "Mijn koers was al geslaagd toen ik er in de finale samen met Laurens Huys als enige in was geslaagd om de kloof naar de kopgroep te overbruggen. Dat was een heel lange inspanning waarvan ik toch enige tijd moest bekomen. Ik heb dan ook niet al te veel werk meer opgeknapt om toch wat over te houden voor de sprint. Tegen Gerben was daarin niets te beginnen. Hij pakte zonder veel moeite twee, drie lengten voorsprong."

Bron website: Belgian cycling